Het rentebeleid ziet er als volgt uit:
- over het eigen vermogen wordt geen rente berekend
- daardoor vindt geen rentebijschrijving op de reserves plaats
- de rentekosten bestaan alleen uit externe rentekosten
- bepalend hierbij zijn de te verwachten rentekosten (begroting) of werkelijke rentekosten (jaarrekening)
- deze rentekosten worden omgeslagen over de activa; daarbij is het toegestaan het rentepercentage te corrigeren met plus of min 0,5%. In de begroting is er voor gekozen om de rente toerekening te doen op basis van het verwachte gemiddelde rentepercentage over het begrotingsjaar. Deze ligt tussen de 0,53% en 0,44%.
- Vanaf het begrotingsjaar 2022 ontstaat er een negatief renteresultaat. Dit wordt met name veroorzaakt door een lagere toerekening van rente aan de grondexploitaties. Dit renteresultaat kan worden toegerekend aan de taakvelden. In de begroting is er voor gekozen om dit niet te doen, aangezien de verwachting is dat door toekomstige grondexploitaties een groter aandeel van de rente alsnog kan worden toegerekend aan de grondexploitaties, waardoor het renteresultaat positief zal worden en niet meer toegerekend mag worden aan de taakvelden.
Hieronder volgt een berekening van de rentekosten volgens het format dat is voorgeschreven.
